Onderweg

SWO de Splinter: ‘Het heeft meer waarde als je concepten test en de resultaten deelt met elkaar’

WOERDEN - De aanstelling van de nieuwe directeur van SWO de Splinter is niet onopgemerkt gebleven. Letteke van der Kruk staat sinds drie maanden aan het roer van het bedrijf en heeft de taak om de coöperatie naar een hoger niveau te tillen. “Het is een belangrijke functie, want de directeur runt de toko alleen. Letteke past in het profiel dat wij zochten”, vertelt Rob van Herpen, voorzitter van het bestuur en tevens tankstationondernemer.

Lisa van der Linden |

Van Herpen en Van der Kruk zijn enthousiast over de plannen van SWO de Splinter en zien veel kansen voor petrolondernemers in de alsmaar veranderende markt. Met de komst van Van der Kruk als nieuwe directeur is er frisse energie in het bedrijf gekomen, dat steeds meer services biedt voor ondernemers die lid zijn van de coöperatie. “We hebben de afgelopen jaren de basis gelegd, wat betekent dat we het meeste rendement uit de markt halen. Dat doen we door de prijsverschillen regelmatig te controleren, om continu de scherpste prijs af te spreken met fabrikanten”, vertelt Van Herpen. “Met de energie en kennis van Letteke kunnen we SWO de Splinter naar een hoger niveau tillen.” Netwerken en samen sparren is volgens de twee een van de belangrijkste redenen dat de coöperatie zoveel trouwe leden heeft. Van Herpen is van mening dat je door van elkaar te leren een groter rendement hebt, dan het inkoopvoordeel. De afgelopen periode is er een nieuw systeem geïnstalleerd waarmee data begrijpelijk worden gemaakt voor ondernemers, zodat er meer inzicht is in de stand van zaken. “De wisselwerking is op die manier sterker dan wanneer alle fabrikanten hun data aanleveren bij de ondernemer. Dat is niet overzichtelijk”, aldus Van Herpen.

Bescheiden
Van der Kruk is bekend met het petrolkanaal vanuit andere functies, al was dat altijd op salesgebied. “Ik verkocht shopconcepten aan ondernemers, maar telkens hoorde ik dat ze al bij SWO de Splinter zaten. Het lukte me niet om ze over te halen, ze zijn heel loyaal. Het is zo’n sterk merk met een goed rendement, maar er is wel acquisitie nodig geweest. Toch vind ik dat ze op een bescheiden manier heel groot zijn geworden”, vertelt de nieuwe directeur. De afgelopen maanden stonden in het teken van kennismaken met de leden, het kantoorpersoneel en fabrikanten. Inmiddels heeft ze haar plek gevonden en een duidelijke visie gevormd. “Het is leuk om direct met ondernemers te werken. Er zijn inmiddels rond de 70 leden met in totaal een kleine 200 locaties. Dat is ons streven; doorgroeien naar 200 locaties. Dat lijkt me niet zo moeilijk, want de ondernemers zijn enthousiast en trouw aan onze coöperatie”, vertelt Van der Kruk. De grootste kans ziet ze in een doelgroep die nu aan het ontstaan is: ondernemers die al jaren een tankstation runnen en over tien of vijftien jaar met pensioen gaan. “Vaak worden deze locaties onbemand, omdat er geen opvolging is. Het is een trend waar we niets aan kunnen doen, maar we willen wel met deze nieuwe doelgroep kijken naar waar behoefte is voor de jaren die nu nog komen. SWO de Splinter kan veel regelen, dingen uit handen nemen of een metamorfose organiseren. Het is maar net wat de vraag is”, legt ze uit.

Guilty pleasure
De ondernemers hebben de afgelopen jaren al een flinke transitie doorgemaakt met de tankshops die steeds meer gericht zijn op een langer verblijf, variërend assortiment en eventuele andere services. “Over tien jaar is het tankstation een plek om op te laden; niet alleen de auto, maar ook de automobilist moet even rusten. Natuurlijk is het assortiment dan gericht op gezondheid en plantaardig, maar ook een guilty pleasure moet kunnen”, vertelt Van Herpen. Van der Kruk vult aan: “Als ik naar mijzelf kijk, dan begin ik ’s ochtends met een lekkere smoothie. En zo rond drie uur ’s middags ben ik meer vermoeid, dan krijg ik trek in een cola en Snickers. Het is net als in de kroeg: genieten mag echt wel. Het is juist belangrijk om als ondernemer niet door te slaan in te bepalen wat consumenten eten.” Tien jaar geleden kon je ook op maar een paar plekken goede koffie vinden, terwijl minimaal 80 procent van de tankshops dat nu aanbiedt. “Er zijn op foodgebied erg veel kansen om op in te spelen, want iedereen is ‘to go’. De ondernemers die zich bij ons aansluiten kunnen meeliften op de kansen die we grijpen”, aldus Van Herpen.
Bij SWO de Splinter worden, net als bij grote tankstationorganisaties, vaak concepten bedacht. De coöperatie kiest ervoor om dit eerst bij enkele locaties te testen voordat het beschikbaar wordt voor andere leden. Van Herpen: “Het heeft meer waarde als je het test en de resultaten deelt met elkaar.” Van der Kruk bevestigt dat: “Je ontdekt pas met een pilot hoe alles werkt. Zo zien we dat veel ondernemers problemen hebben met het vinden van goed personeel, waardoor ze zelf in de zaak staan. Ze missen het ondernemen. Dat zijn allemaal aspecten waar we rekening mee houden.”

Adviserende rol
De petrolbranche kent veel snelle ontwikkelingen, waaronder het recent ingevoerde statiegeld op kleine flesjes en de (nog) onduidelijkheid over de verkoop van tabak in de toekomst. “We hebben in beide gevallen een adviserende rol als SWO de Splinter. We zien dat 3 tot 4 procent van de locaties die niet verplicht zijn om kleine flesjes in te zamelen dit toch doet. Verder horen we dat leden nog steeds prullenbakken vol met de kleine flesjes vinden. Het zit nog niet in het systeem van de consument, al is het wel een goed initiatief”, vertelt Van der Kruk. Tabak daarentegen is een lastiger onderwerp, vinden de twee. “Het uit het zicht plaatsen van tabak heeft geen invloed gehad op de omzet. Die is gemiddeld 60 tot 70 procent per vestiging. Het is en blijft een belangrijk product als je kijkt naar de brutowinstmarge en de traffic die het met zich meebrengt”, benadrukt Van Herpen. Hij denkt dat de kans groot is dat de petrolbranche deze productgroep kwijtraakt vanaf 2030. Toch liggen er tot die tijd wel kansen voor ondernemers als supermarkten moeten stoppen met de verkoop van tabak. “Dan zijn we samen met de tabaksspeciaalzaken de enige verkooppunten, maar die zijn vaak iets lastiger bereikbaar.” Met dat in het achterhoofd is het voor ondernemers belangrijk om die periode aan te grijpen om te investeren in de shop, adviseert Van Herpen. “Ik verwacht dat ondernemers met innovatieve en ludieke ideeën komen om de omzet te waarborgen. Dat zit hem vooral in de kansen binnen out-of-home. De foodmarkt groeit en hoewel we al goed inspelen op het ontbijt en de lunch, kunnen we het avondmoment ook meenemen. Dat is lastig, aangezien het meer tijd kost en de consument er ook aan moet wennen om voor avondeten bij het tankstation te komen”, legt Van Herpen uit. De tankshop van de toekomst noemt hij een fijne, warme plek om te zijn. Van der Kruk: “Het is ook een ontmoetingsplek, waar je pakketten of boodschappen ophaalt. Dat kunnen ondernemers samen met partners oppakken, zodat we van A tot Z een nieuwe mindset creëren bij de consument. Alles moet tenslotte kloppen, van de bakery tot het toilet.”

Modulaire elementen
Wat is het nieuwste dat SWO de Splinter heeft? “De kennis van Letteke”, zegt Van Herpen grappend. “Wat we los hebben gelaten is dat alle leden overal in mee moeten doen wat wij bedenken. Er zijn nu modulaire elementen, zodat iedereen kan kiezen wat in de shops past. Al is inkoop wel een basisvoorwaarde. Ondernemers willen namelijk hun eigen ding blijven doen en daar is op deze manier ruimte voor”, vervolgt hij. Die modulaire elementen lopen uiteen van een bakeryconcept tot diverse raamovereenkomsten voor onder andere de energieleverancier en het ophalen van afval. “Zo hebben ze er geen omkijken meer naar”, stelt Van der Kruk.

Bron: Out.of.Home Shops

marlies-fotografie-foto-3.jpg